NOW-regeling verlengd (NOW-2)
De tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor behoud van Werkgelegenheid (NOW), die in eerste instantie van 1 maart tot en met 31 mei 2020 gold, is verlengd. De aanvraag voor de NOW-2 kan worden ingediend vanaf 6 juli 2020 tot en met 31 augustus 2020.
In essentie houdt de NOW-regeling in dat bedrijven die als gevolg van de corona-crisis geconfronteerd werden of worden met een omzetverlies van ten minste 20%, aanspraak kunnen maken op een tegemoetkoming in de loonkosten van maximaal 90%. Wij verwijzen u voor een overzicht van de belangrijkste onderdelen van de NOW-1 naar de eerdere publicatie op onze website.
De NOW-2 wijkt op een aantal punten af van de regeling die gold tijdens het eerste tijdvak en stelt een aantal nieuwe voorwaarden.
In dit artikel zetten wij de belangrijkste punten en wijzigingen van de NOW-2 op een rij:
- Ook bij de NOW-2 is een omzetdaling van ten minste 20 procent vereist om in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming in de loonkosten van maximaal 90 procent. Bij 100% omzetverlies wordt 90% van de loonkosten gecompenseerd; bij een lager percentage omzetverlies wordt de loonkostensubsidie evenredig lager vastgesteld.
- Het subsidietijdvak is verlengd van drie naar vier maanden. De omzetdaling wordt in beginsel vastgesteld door een derde van de omzet in 2019 te vergelijken met een door de werkgever te kiezen (meet)periode van vier maanden met startdatum 1 juni, 1 juli of 1 augustus 2020. Indien de werkgever echter al een aanvraag heeft ingediend voor de NOW-1 en de subsidie is verleend, dient de periode van omzetdaling waarvoor subsidie in het kader van de NOW-2 wordt aangevraagd, aan te sluiten op de periode van omzetdaling waarvoor de NOW-1 is aangevraagd en is deze dus niet vrijelijk door de werkgever te kiezen.
- De subsidie wordt in beginsel gebaseerd op de loonsom van de maand maart 2020 (referentieperiode). Zijn er over de maand maart geen loongegevens beschikbaar, dan wordt uitgegaan van het loon over november 2019. Anders dan in de NOW-1 is in de NOW-2 geen aparte regeling opgenomen voor seizoensbedrijven of andere werkgevers met een hogere loonsom in de meetperiode dan in de referentieperiode, zoals nieuw gestarte bedrijven en bedrijven die door overname zijn gegroeid.
- Ook voor de NOW-2 geldt dat indien er sprake is van groep van rechtspersonen of concern, de omzetdaling van de gehele groep de basis is voor het toekennen van de subsidie. Onder voorwaarden kan de subsidie voor een afzonderlijke rechtspersoon of vennootschap worden vastgesteld.
- Voor het loon geldt nog steeds een bovengrens van tweemaal het per 1 januari 2020 geldende maximumdagloon per maand per individuele werknemer. Dat komt neer op € 9.538,- per maand. Loon boven het bedrag van € 9.538,- per maand komt niet voor subsidie in aanmerking.
- Ook aanvullende lasten en kosten zoals onder andere werkgeverspremies en werknemersbijdragen aan pensioen en de opbouw van vakantiebijslag worden gecompenseerd middels een forfaitaire opslag bovenop de loonsom. Deze forfaitaire opslag wordt bij de NOW-2 verhoogd van 30% naar 40%.
- Behoud van werkgelegenheid staat ook in de NOW-2 voorop. De hoogte van de correctie op het subsidiebedrag als gevolg van bedrijfseconomisch ontslag wordt echter aangepast. Indien de werkgever in de periode van 1 juni 2020 tot en met 30 september 2020 (de periode waarop de loonkostensubsidie ziet) een ontslagaanvraag om bedrijfseconomische redenen heeft ingediend bij het UWV en niet tijdig heeft ingetrokken, zal niet langer een correctie plaatsvinden van 150%, maar van 100% met de hoogte van de loonsom(men) van de werknemer(s) voor wie ontslag is aangevraagd.
- Het totale subsidiebedrag wordt met 5% verminderd als de werkgever in de periode van 30 mei 2020 tot en met 30 september 2020 één of meerdere meldingen als bedoeld in de Wet melding collectief ontslag (Wmco) doet én gedurende het subsidietijdvak voor 20 of meer werknemers in een werkgebied van de WMCO ontslag om bedrijfseconomische redenen aanvraagt. De korting van 5% kan worden voorkomen door over de noodzaak van het aantal te vervallen arbeidsplaatsen een akkoord te bereiken met de belanghebbende vakbonden, of bij gebreke daarvan met OR of PVT. Als dit akkoord niet wordt bereikt, maar partijen gezamenlijk de Stichting van de Arbeid hebben verzocht te beoordelen of het voorgestelde aantal ontslagen noodzakelijk is, is de 5% korting ook niet aan de orde.
- Voor de werkgever aan wie de subsidie wordt verleend, geldt een aantal verplichtingen. Zo dient de werkgever net als onder de NOW-1 de loonsom zoveel mogelijk gelijk te houden en mag de subsidie uitsluitend worden aangewend voor het doel waarvoor de subsidie is verstrekt (loonkosten). De werkgever is bovendien verplicht de OR of PVT, of bij het ontbreken daarvan de werknemers, te informeren over de subsidieverlening. Bij de NOW-2 heeft de werkgever bovendien een inspanningsplicht om personeel te stimuleren om deel te nemen aan een ontwikkeladvies of aan scholing.
- De aanvraag voor de NOW-2 kan worden ingediend vanaf 6 juli 2020 tot en met 31 augustus 2020.
- UWV betaalt zo snel mogelijk na de aanvraag een voorschot van 80% van het berekende subsidiebedrag uit. Dit wordt in ten hoogste twee termijnen uitbetaald.
- Bedrijven die een voorschot ontvangen van ten minste € 100.000,- of een definitieve subsidie van ten minste € 125.000,-, mogen over 2020 geen winstuitkering aan aandeelhouders doen, geen bonussen aan het bestuur en de directie uitkeren en geen eigen aandelen inkopen. In de NOW-1 gold dit al voor concerns die hun omzetdaling op werkmaatschappijniveau willen berekenen.
- Vaststelling van de definitieve subsidie geschiedt achteraf na een aanvraag daartoe van de werkgever. De aanvraag voor de vaststelling van de NOW-2 dient te worden gedaan binnen 24 weken na 15 november 2020 (ter info: vanaf 7 oktober 2020 kan vaststelling voor de NOW-1 worden aangevraagd). Er vindt vervolgens een nabetaling of terugvordering plaats.
- Bij definitieve vaststelling van de loonkostensubsidie wordt in beginsel gebruik gemaakt van een accountantsverklaring of een verklaring van een deskundige derde. Van bedrijven wordt een accountantsverklaring verwacht indien zij een voorschot van ten minste € 100.000,- hebben ontvangen of als bij de vaststelling blijkt dat zij tenminste € 125.000,- subsidie ontvangen. Bedrijven onder deze grens hebben een verklaring van een deskundige derde nodig, waarmee de definitieve omzetdaling wordt bevestigd. Geen verklaring is nodig indien het voorschot minder bedraagt dan € 20.000, tenzij de subsidie bij vaststelling wordt bepaald op tenminste € 25.000.
- Op de ontvangen aanvragen en verantwoordingen worden risicogericht controles uitgevoerd. De werkgever dient een zodanig controleerbare administratie te voeren dat alle voor de vaststelling van de subsidie van belang zijnde gegevens kunnen worden nagegaan. Tot vijf jaar na de datum van vaststelling van de subsidie kan een onderzoek worden ingesteld. De werkgever dient hieraan mee te werken, onder meer door het verschaffen van de daartoe benodigde inlichtingen, gegevens en bescheiden en het verlenen van inzage in de administratie.
De volledige NOW-2 regeling vindt u op de website van Rijksoverheid.
Hebt u nog vragen of wenst u nadere ondersteuning, neem dan gerust contact op met uw reguliere contactpersoon binnen ons kantoor. Het is ook mogelijk om telefonisch contact op te nemen via 043 321 66 40 of een e-mail te sturen naar i.swennen@paulussen.nl, l.somers@paulussen.nl of v.nowak@paulussen.nl.
Nieuws Overzicht