Het crediteurenakkoord: mag u weigeren?

08.07.2015

Hoewel de economie ook in Limburg eindelijk weer aantrekt, zijn dubieuze debiteuren nog niet van de balans verdwenen.

Soms komt er een aanbod voorbij. De debiteur stelt aan de crediteuren een percentage voor tegen finale kwijting. Het percentage valt vaak nogal tegen en de vraag is dan: akkoord gaan of niet?

Zo ook in een recente casus die is voorgelegd aan de Rechtbank Noord-Holland.

De casus speelt tussen ING en een voormalige klant, die inmiddels failliet was verklaard.

De vordering van ING was € 130.000. Totale schuld € 150.000. De debiteur deed, tijdens zijn faillissement dus, aan ING een aanbod van € 15.000 ofwel ruim 12%.

ING vond dat te laag en weigerde. Was die weigering terecht?

De debiteur vond van niet en verzocht de rechter om vaststelling van een dwangakkoord.

De debiteur kreeg gelijk. Bij vonnis van 9 juni 2015 beval de rechtbank ING om in te stemmen met het aanbod.

Kan dat zomaar? Ja. Voorop staat dat een schuldeiser slechts onder bijzondere omstandigheden kan worden gedwongen om akkoord te gaan met een bepaald percentage. Maar als sprake is van een faillissement laat de rechtbank onder andere ook de volgende factoren meewegen:

1. Is dit het beste bod van de debiteur?
2. Welke uitzichten biedt het faillissement voor de debiteur?
3. Hoe groot is de kans dat de weigerende schuldeiser evenveel –
of meer – zal ontvangen als het faillissement niet eindigt met dit akkoord?

Dat de uitkomst van geval tot geval verschilt zal geen verrassing zijn.

Overigens kan ook bij een onderhands (buitengerechtelijk) akkoord medewerking van de schuldeiser worden afgedwongen via de rechter. De toets is dan wel zwaarder, namelijk of de schuldeiser misbruik van bevoegdheid maakt.

Wilt u meer weten over uw positie bij een crediteurenakkoord? Bel Marijke Schmitz via 043 328 4132 of stuur een email aan m.schmitz@paulussen.nl.

 

Afbeelding6

 

 

 

 

 

Nieuws Overzicht