Mogen contractonderhandelingen op ieder moment en zonder gevolgen worden afgebroken? Volgens het beginsel van contractsvrijheid kan dat, maar aansprakelijkheid ligt op de loer. In een intentieovereenkomst kunnen partijen de onderhandelingsfase reguleren.
Voordat u een overeenkomst sluit, vindt vaak een periode van onderhandeling plaats met de wederpartij. Die onderhandelingsfase kan lang duren bij complexe overeenkomsten, zoals samenwerkingsovereenkomsten en overnameovereenkomsten.
Hoewel beide partijen een onderhandeling aangaan met het doel om uiteindelijk een overeenkomst te sluiten, hoeft de onderhandelingsfase niet altijd tot een overeenkomst te leiden. Soms heeft u of uw wederpartij redenen om van de overeenkomst af te zien. De onderhandelingen worden dan eenzijdig afgebroken.
Vertrouwen in totstandkoming overeenkomst
Het uitgangspunt is dat onderhandelingen altijd kunnen worden afgebroken. Dit is een gevolg van het beginsel van contractsvrijheid: wij zijn vrij om een overeenkomst te sluiten met wie we willen en waarover we willen.
Maar deze vrijheid om onderhandelingen af te breken is niet onbegrensd. U mag bijvoorbeeld onderhandelingen niet zomaar afbreken als uw wederpartij er gerechtvaardigd op heeft vertrouwd dat een overeenkomst tot stand zou komen. Of dit gerechtvaardigde vertrouwen bij de wederpartij bestaat is afhankelijk van de omstandigheden in de concrete situatie. Er moet onder andere rekening worden gehouden met uw bijdrage aan het ontstaan van dat vertrouwen. Daarnaast moet een afweging worden gemaakt tussen uw belang bij het afbreken van de onderhandelingen en het belang van de teleurgestelde wederpartij bij voortzetting daarvan.
Het is niet altijd noodzakelijk dat er vertrouwen bestaat in de totstandkoming van de overeenkomst met de beoogde inhoud. Als de wederpartij er gerechtvaardigd op heeft vertrouwd dat enigerlei overeenkomst tot stand zou komen, dan mogen de onderhandelingen ook niet altijd zomaar worden afgebroken.
Gevolgen afbreken van onderhandelingen
Breekt u onderhandelingen af, terwijl uw wederpartij gerechtvaardigd vertrouwde op de totstandkoming van een overeenkomst? Dat kan verschillende gevolgen hebben. De wederpartij kan vorderen dat u de onderhandelingen tegen uw zin voortzet. Dit kan zo nodig bij de rechter worden afgedwongen. De wederpartij kan ook kiezen voor schadevergoeding. Die schade kan bestaan uit onderhandelingskosten. Maar dan moet wel rekening worden gehouden met het ondernemersrisico: van iemand die onderhandelingen aangaat mag een zekere investering worden verwacht. Alleen als de kosten zo hoog zijn dat die niet meer tot het normale ondernemersrisico kunnen worden gerekend, moeten die hogere kosten door de afbrekende partij vergoed worden.
In sommige situaties zijn de onderhandelingen zodanig ver gevorderd, dat er al min of meer een volmaakte overeenkomst tot stand is gekomen. Als op dat moment de onderhandelingen worden afgebroken, dan kan de afbrekende partij verplicht worden de overeenkomst na te komen. Onder omstandigheden kan de wederpartij vorderen dat de schade wordt vergoed die bestaat uit misgelopen contractvoordelen.
Over het algemeen ligt de lat hoog voordat gerechtvaardigd vertrouwen in de totstandkoming van een overeenkomst wordt aangenomen. U hoeft dus niet meteen al deze gevolgen te vrezen als u onderhandelingen aangaat. Contractsvrijheid staat immers voorop.
Intentieovereenkomst
Van belang is dat de vertrouwensgrens zich niet duidelijk laat aftekenen: onderhandelingen zijn een dynamisch proces en u weet niet met welke (wisselende) verwachtingen de wederpartij deelneemt aan dat proces. In de praktijk sluiten onderhandelende partijen soms een intentieovereenkomst. Daarin spreken zij af dat zij zich zullen inspannen om bijvoorbeeld tot een samenwerkingsovereenkomst te komen. In een intentieovereenkomst kunnen onder andere de gevolgen van het afbreken van onderhandelingen worden geregeld.
Als beide partijen volledige vrijheid willen, dan kunnen zij overeenkomen dat de onderhandelingen op ieder moment zonder gevolgen kunnen worden afgebroken. Maar het kan ook genuanceerder door bepaalde concrete situaties te benoemen waarin zonder gevolgen de onderhandelingen mogen worden afgebroken. Bijvoorbeeld als zich bepaalde omstandigheden voordoen waardoor een samenwerking voor een van de partijen financieel niet meer haalbaar is. Denk dan aan een financieringsvoorbehoud in verband met voorinvesteringen die niet rond komt.
In een intentieovereenkomst kunnen ook afspraken worden gemaakt over de kostenverdeling van bepaalde investeringen als er toch geen samenwerkingsovereenkomst tot stand komt.
Een ander voorbeeld is dat in een intentieovereenkomst het concrete moment kan worden bepaald waarop de beoogde samenwerkingsovereenkomst tot stand komt. Zo kan bijvoorbeeld worden opgenomen dat de beoogde samenwerkingsovereenkomst pas ontstaat na goedkeuring door de aandeelhouders of de raad van commissarissen.
Let wel: door een intentieovereenkomst te sluiten zijn beide partijen gebonden om een inspanning te leveren zodat het beoogde onderhandelingsresultaat wordt bereikt. Afbreken van onderhandelingen is dan in principe niet toegestaan, ook niet als er nog geen vertrouwen in de totstandkoming van een samenwerkingsovereenkomst bestaat. Een intentieovereenkomst zorgt dus voor een bepaalde exclusiviteit: het risico dat de wederpartij tegelijkertijd probeert een andere partij een vergelijkbare deal te sluiten is kleiner. Dit geeft de onderhandelende partijen enige zekerheid dat hun inspanningen niet voor niets worden gedaan.
Daarentegen kan onderhandelen zonder intentieovereenkomst tot op zekere hoogte meer vrijheid geven. Het afbreken is dan namelijk steeds toegestaan tenzij de wederpartij gerechtvaardigd heeft vertrouwd in de totstandkoming van een overeenkomst.
Heeft u vragen over het afbreken van onderhandelingen of over het sluiten overeenkomsten? Neem dan contact op met Bart Lenferink van vestiging in Heerlen via b.lenferink@paulussen.nl, of via 045 560 60 00.
Nieuws Overzicht